Voorwoord

 

Van grootvader tot kleinkind
Iemand die net als ik en mijn hele familie, op of rond Hengstdijk woont of gewoond heeft, komt van Usdijk en is een Usdijksenjeir. Maar waar komt hij oorspronkelijk vandaan? En welk dialect spreekt hij of zij? Zeeuws-Vlaams zegt men, maar Zeeuws-Vlaanderen bestaat nog niet zo lang en kent meerdere dialecten. Oost-Vlaanderen is ongetwijfeld het meest invloedrijke gebied wat de taal en de gewoonten betreft. Oost-Zeeuws-Vlaams kunnen we daarom het beste zeggen en bezoek maar eens een kerkhof net over de grens, vooral in de wijde omgeving van Stekene. Daar vind je dezelfde familienamen als in het gehele Land van Hulst. Men trouwde en verhuisde ook van het ene dorp naar het andere en nam zijn lokale woordenschat mee.
Er zijn bronnen die beweren dat het bij ons gesproken Vlaams het best bewaarde en meest oorspronkelijke Vlaams is.
De godsdienst was bijna uitsluitend de katholieke en meneer pastoor was niet alleen de plaatselijke zetbaas van de Kerk maar ook die van het schoolbestuur en dus van het soort onderwijs dat zowat alle kinderen genoten.
Het is bij uitstek een streek geweest van boeren en van eenvoudige mensen die hun hele leven in de landbouw werkten en dat heeft ook in de taal vele herkenbare sporen achtergelaten. In de dorpen en in Hulst vonden bakkers, slagers, kappers, melkboeren, allerlei winkeltjes en cafés een eenvoudig bestaan. Daarnaast had je veel kleine ambachtslieden zoals schilders, schoenmakers, loodgieters, smeden, wagenmakers, timmerlieden en metselaars.
In de grensstreek was er een sterke vlasindustrie en veel textielnijverheid met ateliers waar veel ongeschoolden werk vonden.

Pas rond 1960 kwamen er kleine woonwijken en enige kleinschalige industrie. Metselaars en timmerlieden vonden werk bij steeds groter wordende aannemersbedrijven. Vanaf toen ook kwamen er mensen van elders die geleidelijk ook invloed hadden op de dagelijkse spreektaal.
Van grootvader tot kleinkind betekent voor mij persoonlijk van 1875 tot de dag van vandaag en in die tijd evolueert de taal die door mensen wordt gesproken. Het is wel verbazingwekkend hoelang sommige oude woorden, uitdrukkingen en gezegden blijven bestaan.
Het beste ken ik die specifieke en dagelijkse woorden die ik van mijn grootouders van de Plattedijk, mijn ouders en de bezoekers van ons café en andere cafés heb onthouden. Daarnaast heb ik jarenlang uitgebreid aan het plaatselijke maatschappelijke leven deelgenomen en ook door mijn beroep heb ik jarenlang vele honderden mensen in de streek ontmoet. cafe opa en oma
Het gaat vooral ook om woorden of samenvoegingen van woorden die “bij ons” een meer courante of zelfs een andere betekenis hebben of hadden dan in het Nederlands. Het Groot Woordenboek der Nederlandse Taal, beter bekend als de Van Dale, is mede gezien de oorsprong Zuid-Nederlands gericht. Je kunt er daarom veel met ons dialect te vergelijken woorden en gezegden in terugvinden. Er zijn uiteraard ook woorden en uitdrukkingen uit het woordenboek verdwenen en die heb ik veelal op andere plaatsen kunnen terugvinden. Soms moet ik afgaan op mijn eigen of het gezamenlijke geheugen van familieleden en bekenden.
Dit is geen officieel woordenboek met de daar gehanteerde werkwijze en grammaticale informatie. Het is het relaas in spreektaal van de gewone man die leeft van grootvader tot kleinkind, historisch onderzocht en zo goed en begrijpelijk mogelijk opgeschreven.

Als de vader of grootvader van een lezer een andere interpretatie van een woord of een uitdrukking heeft of had dan mijn voorouders, dan is dat voor mij niet hinderlijk. Een mens is zijn taal, spreektaal en lichaamstaal bij elkaar en iedereen heeft recht op zijn waarheid.

Voor een leesbare uitspraak of de klemtoon wordt de spelling van sommige woorden niet conform gehandhaafd, zoals bij woorden met dubbele a, e of o: aa, ee, en oo. De oo van booten (boeoten) is een andere en langere klank dan de o van boter, de ee van zeeker (zjieeker) is een andere en langere klank dan de e van zeker.
Vanwege onze specifieke uitspraak van de meeste Nederlandse woorden met aa, wordt hier het dialectwoord geschreven met ao. De uitspraak van bijvoorbeeld het woordje taok (taak) lijkt op het Engelse woordje talk.
Alle woorden worden zoveel mogelijk geschreven zoals ze in onze spreektaal klonken en klinken.
Een korte, scherpe è klank komt in het Land van Hulst niet zoveel voor, meestal is het de langere vorm die door mij wordt geschreven als ei, zoals in veirken voor varken.
De specifieke klanken van het Hulsterse dialect en dat van de grensstreek komen aan bod bij het hoofdstuk wat daar aan gewijd is.
Vaak wordt in ons dialect de letter h niet uitgesproken en dat maakt het wat lastig om de juiste plaats in het alfabet te kiezen en te vinden. Gewoon even zoeken zou ik zeggen.
Om verwarring te voorkomen wordt indien nodig een apostrof (‘) voor het woord geplaatst, bijvoorbeeld zoals bij ’oog voor hoog.

Woorden en uitdrukkingen uit ons dialect die in de tekst achter de woorden staan zijn cursief gedrukt.
Bij het lezen van dit boekje zullen er bij jullie ongetwijfeld ook andere woorden opkomen die herinneren aan mensen en gebeurtenissen van vroeger.
Het is een nostalgische, vaak vrolijke reis door ons nog levende verleden.

En zoas mijn grootvaoder zou gezeed èn:
Nim, ier ij je gij oek een boeksken, ge zijt toch alleman nie.
Agge dur af en toe us in kijkt dan gaoder veel plezier aon beleven.

Hulst, november 2013
Edy Compiet

Geraadpleegde bronnen Algemeen Vlaamsch Idioticon, Schuermans 1865-1870 en 1883 Van Dale Groot Woordenboek der Nederlandse Taal Oost-Vlaams en Zeeuws-Vlaams etymologisch woordenboek, dr. Frans Debrabandere Dialecten in Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen 2, E.J. van den Broecke-de Man en J.L. Eggermont P.J. Brand, geschiedenis van Hulst Clingse woorden en gezegden, samengesteld door Karel Lansu Facebookgroep Kauters dialect Zeeuws Archief, dialect en folklore Koewacht, door A.D. Baert Het Stekens dialect, Heemkundige kring d’Euzie Stekene

Deze digitale versie van het boek Taalgids Oost Zeeuws Vlaams dialect in online gezet door Gabien Borm-Lambert met de afbeeldingen van Michiel Borm en de foto’s van Otto Vosveld.